Reading towards the light. Constantijn Huygens' 'Ooghentroost' at the beginnings of modernity

Start - End 
2007 - 2011 (completed)
Type 
Research Focus 
Research Period 
Additional tags 
Dutch literature

Tabgroup

Abstract

to be completed

In Ooghen-Troost, zijn lange troostgedicht uit 1647, ontwikkelt Constantijn Huygens een redenering waarin de blindheid een voorwaarde wordt voor het ware zien. Door het verlies van zijn gezichtsvermogen zal de blinde volgens Huygens beter in staat zijn de werkelijkheid die er echt toe doet te aanschouwen. Het gedicht bevindt zich in het spanningsveld van drie zeventiende-eeuwse discursieve ‘interteksten’ waarin het ware zien een centrale rol speelde en waarin de blindheid nu eens positief dan weer negatief geconnoteerd wordt; een esthetisch-poëticaal, een filosofisch-religieus en eenwetenschappelijk. Traditionele interpretaties van het gedicht nemen Huygens’ redenering als vanzelfsprekend aan en beperken zich tot een identificatie van de complexe neoplatoonse, christelijke en andere bronnen die er aan de grondslag van liggen of een genologische beschrijving van het gedicht als 'consolatio caecitatis'. Met dit project wordt een uitvoerige cultuurhistorische analyse van het gedicht beoogd. Bovendien wil die analyse een eerste Nederlandstalige proeve zijn van de leesmethode van het New Historicism, dat het voorbije decennium in de  internationale historische literatuurstudie de vigerende interpretatiemethode geworden is.

People

Supervisor(s)