DSDD. Dictionary of the Southern Dutch dialects. An integrated lexicological infrastructure for the Southern Dutch dialects

Woordenboek van de zuidelijk-Nederlandse dialecten (Weijnen-database). Een geïntegreerde lexicologische infrastructuur voor de zuidelijk-Nederlandse dialecten
Begin - Einde 
2016 - 2016 (lopend)

Tabgroup

Abstract

The research programme is presented by a consortium of 11 linguists, informaticians, digital humanities experts and geographers. It aims at the aggregation and standardization of three comprehensive dialect lexicographic databases, the composition of which took many years: the Dictionary of the Flemish Dialects (WVD, 1972 -), the Dictionary of the Brabantic Dialects (WBD, 1961-2005) and the Dictionary of the Limburgian Dialects (WLD, 1961-2008). The dictionaries document the disappearing dialect vocabulary of the southern Dutch dialects in thematically arranged publications, based on automated databases. They were explicitly set up in parallel, in order to make a future aggregation possible.

The dictionaries were composed over a very long period of time, at different places (Nijmegen, Leuven, Gent) and by different editors, hence a great number of inconsistencies arose over time. In order to compose an aggregated database for the southern Dutch dialects (the DSDD), a number of standardization activities have to be carried out. The DSDD will enable a research programme with new research questions, particularly in the field of quantitative lexicology and geographical analysis.

Het onderzoeksprogramma werd ingediend door een consortium van 11 taalkundigen, informatici en geografen en behelst de samenvoeging en standaardisering van drie grote dialectlexicografische databases, waarvan de samenstelling tientallen jaren heeft gekost: het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD, 1972 -), het Woordenboek van de Brabantse Dialecten(WBD, 1961-2005) en het Woordenboek van de Limburgse Dialecten (WLD, 1961-2008). Samen documenteren ze de goeddeels reeds verdwenen dialectwoordenschat van het zuidelijke Nederlands in thematisch geordende publicaties, die gebaseerd zijn op digitale databases. Ze werden 40 à 50 jaar geleden parallel opgezet, net om een uiteindelijke samenvoeging mogelijk te maken.

De woordenboeken werden over een erg lange periode gemaakt, op verschillende plaatsen (Nijmegen, Leuven en Gent) en door verschillende redacteurs, waardoor een aantal onevenwichten rechtgezet moeten worden om tot een geïntegreerde database voor de zuidelijk-Nederlandse dialecten te komen. De geïntegreerde database maakt een researchprogramma mogelijk met vernieuwende onderzoeksvragen, vooral op het gebied van kwantitatieve lexicologie en geografische analyse.

Onderzoekers

Promotor(en)

Onderzoeker(s)