Rejoicing in the nobility of human nature. The sublime in the Netherlands (1770-1830)

Juigchen in den adel der menschlijke natuur. Het verhevene in de Nederlanden (1770-1830)
Begin - Einde 
2004 - 2007 (afgewerkt)
Type 
Onderzoeksgebied 
Tijdsperiode 
Trefwoorden 
Dutch literature
Sublime

Tabgroup

Abstract

to be completed

Tijdens de lange achttiende eeuw woedde het debat over het verhevene of sublieme volop in Frankrijk, Engeland en Duitsland. Mede door de algemene negatieve beeldvorming rond de Nederlandse achttiende eeuw werden de Nederlandse bijdragen aan dit debat tot nog toe nagenoeg volledig over het hoofd gezien. Nochtans zijn er al vóór 1800 enkele belangwekkende vertalingen van – vooral Duitse – teksten over het verhevene te vinden (door o.a. R.M. van Goens en H. van Alphen). Na 1800 duiken er ook een aantal oorspronkelijke bijdragen op (Paulus van Hemert, Johannes Kinker, Willem Bilderdijk, e.a.). Na een bespreking van de vertalingen, ligt de nadruk van mijn onderzoek vooral op die vroeg-negentiende-eeuwse teksten. Ik analyseer die vanuit een internationaal perspectief, waarbij de esthetica van Immanuel Kant en (vooral) de theoretische teksten van Friedrich Schiller als voornaamste referentiepunten dienen.

Onderzoekers

Promotor(en)