Imaginations of emptiness. Twentieth-century Zen Buddhist literature as utopian narrative and spiritual autobiography

Verbeeldingen van leegte. Twintigste-eeuwse zenboeddhistische literatuur als utopisch verhaal en spirituele autobiografie
Begin - Einde 
2017 - 2020 (afgewerkt)
Vakgroep(en) 
Vakgroep Talen en Culturen
Onderzoeksgebied 
Tijdsperiode 
Land/Regio 
Taal 

Tabgroup

Abstract

“Encounter dialogue” is perhaps the most recognizable of all (Zen) Buddhist genres. Better known under their abbreviated form as kōan, these texts portray mysterious verbal sparring bouts between Zen masters and students, with the former often besting the latter by answering complicated doctrinal questions in an illogical manner. This project looks at how encounter dialogues have been incorporated in modern memoirs about time spent in Zen Buddhist monasteries. It does so through the lens of utopian narrative. Because, as much research in Zen studies has shown, encounter dialogues do not portray historical events. Rather, they portray an ideal of Zen, what Zen Buddhists at various moments in history imagined their school should be like. It is all the more remarkable, then, that during the twentieth century encounter dialogues were represented as the reality of Zen life. This influenced many European and American seekers to travel to Japan to live this life for themselves. In the books they wrote about their adventures, books which this project calls “Zen monastic memoirs,” there is a continuous tension between the authors own experience of Zen and that which they find described in encounter dialogues. Considering encounter dialogues as utopian narrative can help us understand the reasons for this dissonance, and is a step towards deeper understanding how Zen became one of the preeminent representatives of East-Asian spirituality in the West

Zogenaamde "ontmoetingsdialogen" zijn misschien de meest herkenbare van alle (zen-)boeddhistische literaire genres. Deze teksten, die beter bekend zijn onder hun afgekorte vorm als "koan," beschrijven raadselachtige discussies tussen zen meesters en hun studenten, waar de eerste vaak de overhand krijgen door moeilijke vragen over doctrine op een onlogische manier te beantwoorden. Dit project beschouwt hoe hoe ontmoetingsdialogen verwerkt zijn in moderne memoires die het leven in zenboeddhistische kloosters en tempels beschrijven. Ik bekijk dit probleem door de lens van utopische verhalen omdat, zoals veel recent onderzoek in zenboeddhisme heeft aangetoond, ontmoetingsdialogen niet beschrijvingen van historische gebeurtenissen zijn maar in de plaats hiervan een ideaalbeeld van zenboeddhisme beschrijven; een reflectie van wat zenboeddhisten op verscheidene momenten in het verleden dachten dat hun school zou moeten zijn (in plaats van wat het eigenlijk was). Wat dan opmerkelijk is, is dat tijdens de twintigste eeuw ontmoetingsdialogen werden beschreven als de realiteit van een leven in een zen klooster. Dit beïnvloedde veel Europeanen en Amerikanen om te reizen naar Japan om dit leven zelf te ervaren. De boeken die zij schreven over hun avonturen, boeken die dit project "zenboeddhistische kloostermemoires" noemt, tonen een volgehouden spanning tussen de persoonlijke ervaringen van de auteurs met zen en de zen die zij beschreven zien in ontmoetingsdialogen. Het beschouwen van ontmoetingsdialogen als utopische verhalen kan ons helpen de redenen voor deze spanning te begrijpen, en laat ons toe een verdere stap te zetten in de reconstructie van hoe zen een van de voornaamste vertegenwoordigers van Oost-Aziatische spiritualiteit in het westen geworden is.

Onderzoekers

Promotor(en)

Postdoctorale medewerker(s)