De opzet van dit project is een onderzoek naar de betekenis van de stadsparochie en de stedelijke parochiekerk in de Zuidelijke Nederlanden in de periode van ca. 1450 tot 1700. Daarbij zullen de archieven die deze instituties zelf genereerden en/of bewaarden centraal worden gesteld en zal in hoofdzaak het perspectief van de parochianen worden gehanteerd. Daartoe zullen twee casestudies worden uitgewerkt, met name de Sint-Jacobskerk in Gent en de Sint-Jacobskerk in Antwerpen. De stedelijke parochie(kerk) zal vanuit drie verschillende invalshoeken worden benaderd. In de eerste plaats zal aandacht worden besteed aan de stedelijke parochiekerk als institutie, waarbij de nadruk zal liggen op de parochiale lekenelites van kerkmeesters en armenmeesters als intermediairen tussen parochieclerus en ‘gewone’ parochianen en tussen stad en parochie. In de tweede plaats zal de stedelijke parochiekerk als fysieke ruimte worden benaderd waarbij de veranderende indeling van de kerkruimte en de omgang met devotionele objecten zal worden bevraagd. Tenslotte zal de stadsparochie als sociale ruimte worden bestudeerd, waarbij een analyse zal worden gemaakt van de loyauteiten die zich vormden binnen of die overlapten en eventueel conflicteerden met de omschrijving van de parochie.