The making of the second sophistic. Literary periodization as an intellectual and cultural construct

De fabricatie van de tweede sofistiek. Literaire periodisering als een intellectuele en culturele constructie
Begin - Einde 
2022 - 2025 (lopend)
Vakgroep(en) 
Vakgroep Letterkunde
Onderzoeksgebied 
Onderzoeksmethode 
Trefwoorden 
Ancient rhetoric
History of scholarship
Imperial literature
Second Sophistic literature

Tabgroup

Abstract

The aim of the research is to trace the history of the concept of the “Second Sophistic”. This label is broadly assigned to an intellectual movement involving Greek-speaking intellectuals in the Roman Empire (50–250 A.D.), studied in first place by late 19th century philologists. The concept was previously defined for the first and only time by the Greek sophist Philostratus (170–244/9 A.D.) in the Lives of the Sophists which have long been used as a documentary source on the intellectual environment of the 1st–3rd centuries. Nevertheless, a comparison between the Philostratean Second Sophistic and modern periodization(s) shows that the continuum between the two is not linear.

The project will provide answers to three interrelated research questions. (1) How did Philostratus define the intellectual movements of the Roman Empire? Did the previous intellectuals mentioned by him define themselves as “sophists” belonging to a unified movement? (2) How can we explain the frequent contestations of Philostratus’ presentation of the Second Sophistic in Late Antiquity and Byzantium? (3) To what extent can the modern periodization(s) of Greek literature be interpreted as a cultural construct? Emphasis will be put on the antagonism between German and French academic cultures in the late 19th century, since scholars from these two countries paid a great deal of attention to Greek sophists of the Roman Empire within wider debates about Antiquity and European national identities.

Het project wil de geschiedenis onderzoeken van de zogenaamde “Tweede Sofistiek”. Dit concept wordt in brede zin gebruikt voor een culturele beweging van Griekstalige intellectuelen in het Romeinse imperium (50-250 n.C.), voor het eerst intensief bestudeerd door filologen uit de late 19de eeuw. De term zelf was geïntroduceerd door de Griekse auteur Philostratus (ca 170-245), in zijn Levens van de sofisten, een werk dat lange tijd is gebruikt als documentaire bron voor het intellectuele klimaat van de keizertijd. Een vergelijking tussen Philostratus’ Tweede Sofistiek en het moderne gebruik van de term toont aan dat er geen lineair continuüm is tussen de twee.

Het project zal drie gerelateerde onderzoeksvragen beantwoorden. (1) Hoe definieerde Philostratus de intellectuele stromingen van het Romeinse Rijk? Beschouwden de intellectuelen die hij behandelt zichzelf als “sofisten” en als leden van eenzelfde stroming? (2) Hoe kunnen we verklaren dat Philostratus’ voorstelling van de Tweede Sofistiek meermaals gecontesteerd werd in de Late Oudheid en in Byzantium? (3) In welke mate kan de moderne periodisering van de Griekse literatuur beschouwd worden als een culturele constructie? Hierbij zal de klemtoon liggen op het antagonisme tussen de Duitse en Franse academische culturen in de late 19de eeuw. Geleerden van beide landen hadden veel aandacht voor de Griekse sofisten in het Romeinse Rijk in het kader van bredere debatten over de Oudheid en Europese nationale identiteiten.

Onderzoekers

Promotor(en)

Postdoctorale medewerker(s)