The ever-increasing availability of information, made possible by the Internet today, transforms the way people perceive and acquire knowledge. This project maps the effects of this epistemological shift in the literary form of the novel, hypothesizing that the notion of the sublime helps us understand how literary fiction dramatizes it. The sublime aesthetic, which presents the unpresentable, reflects the way the unfathomable scope of the Internet challenges the imagination. In order to enhance our understanding of how the novel achieves this, I will focus in a selection of Dutch and Flemish novels on two major domains: world and identity. How do characters acquire knowledge about their worlds, and how do they create and manage identities through for instance online interactions? My narrative analysis draws on key concepts from cyberculture theory, such as virtual reality, and links them to narrative categories such as setting, character and narration. In that way, my research will not only improve our understanding of how Dutch literary fiction reflects upon the Internet and how the genre may change because of it. It will also offer a new perspective on the contemporary novel and its responses to an epistemological shift.
De in omvang toenemende beschikbaarheid van informatie is in een stroomversnelling geraakt sinds de opkomst van het internet. Onderzoek wijst uit dat die verandering een niet te onderschatten impact heeft op de manier waarop kennis wordt erkend en verworven. Dit project wil de effecten van deze epistemologische verschuiving op de roman als literair genre in kaart brengen. Daarbij vertrek ik vanuit de hypothese dat de categorie van het sublieme ons kan helpen begrijpen hoe literaire fictie deze veranderingen voorstelt. In de esthetiek van het sublieme vindt de roman namelijk een adequate vorm voor de onbevattelijke omvang van het internet. Om beter te begrijpen hoe de roman dit bewerkstelligt, baseer ik me op een gevarieerd corpus van Nederlandse en Vlaamse romans gepubliceerd na 2000. Daarbij besteed ik aandacht aan twee basisdomeinen: wereld en identiteit. Hoe verwerven personages kennis over hun (fictionele) werelden via online bronnen, en hoe creëren en beheren ze hun identiteit in een virtuele omgeving? Op die manier draagt mijn onderzoek niet alleen bij aan een beter begrip van hoe de Nederlandstalige literaire roman reageert op de epistemologische impact van het internet. Het opent zo ook nieuwe perspectieven op de positie van de hedendaagse roman in het internettijdperk.